Er is geen bewijs? OM meet met 2 maten!
Als zwemleraar of hockeycoach had Demmink het nooit gered!

14-04-2015

Iemand is onschuldig tot het tegendeel bewezen is. Dat is een gulden regel in de Nederlandse rechtsstaat. Jammer genoeg bedient het OM zich graag van de buigzaamheid van deze regel. Immers, waar de één schuldig wordt bevonden door het bewijs te manipuleren (Hüseyin Baybaşin, levenslang o.b.v. Verknipt bewijs), blijft de ander op vrije voeten omdat elke aangifte, elke vorm van bewijs met onbeperkte financiële middelen en de steun van ‘vrinden’ in de hoogste kringen wordt ondermijnd.

Seksueel misbruik van kinderen wordt algemeen gezien als een van de meest weerzinwekkende misdrijven. Verdachten kunnen dan ook doorgaans niet op veel coulance rekenen als eenmaal in hun richting wordt gewezen. Hockeycoaches die stiekem filmpjes maken in de kleedkamers, zwemleraren die niet met hun handen uit de zwembroekjes kunnen blijven en griezels die op internet proberen jongens en meisjes uit de kleren te krijgen. Stuk voor stuk worden ze zonder pardon van hun bed gelicht, geschorst van hun werkzaamheden en in voorlopige hechtenis genomen terwijl nader bewijs wordt verzameld. Je kunt dit soort viespeuken nu eenmaal niet vrij rond laten lopen tot je al het bewijs compleet hebt.

Iemand is dus wel ‘onschuldig tot het tegendeel bewezen is’, maar Justitie laat er in gevallen van kindermisbruik toch liever geen gras over groeien. Terecht! Met dien verstande dat het OM met 2 maten meet: als het om simpele burgers gaat treedt Justitie hard op, als het om hooggeplaatste Justitiepedo’s gaat gelden hele andere wetten. Zie de overstelpende bewijzen in de zaak Demmink:

  • Een verdachte (een hoge ambtenaar) wordt in 1994 voor het eerst genoemd in een politieonderzoek naar misbruik van minderjarigen. Hij was niet de enige: meerdere hoge vertegenwoordigers uit het overheidsapparaat zouden zich hierbij betrokken zijn geweest. De Telegraaf beschikte over verklaringen van diverse bronnen dicht bij de onderzoeken die bevestigden, maar met deze belastende informatie is door de autoriteiten weinig tot niets gedaan. Toen hadden politie en justitie het ook al druk.;
  • Het TV-programma Netwerk zendt in april 1998 een reportage uit ( deel 2, deel 3) over een grootscheeps onderzoek in 1994 van een speciaal opgericht politieteam uit Rotterdam, het HIK-team (Handel In Kinderen). Daarin komt onder meer naar voren dat vanuit Polen jongens naar Nederland werden gesmokkeld met medewerking van een Nederlandse topambtenaar. Die bleek “Joris” te heten, maar zo heten er natuurlijk wel meer.
  • In het 'Rolodex' of 'Embargo'-onderzoek naar een pedo-netwerk in de hoogste kringen komen de namen van onder meer een oud-advocaat van de Koningin, twee hoofdofficieren van justitie, een oud-bewindsman, een Amsterdamse professor en ook ene D. naar voren. Het onderzoek werd in de kiem gesmoord, van binnenuit opgeblazen, zodat met het bewijs verder niets kon worden gedaan. Alle verdachten gingen vrijuit. Kan gebeuren.;
  • In 2002 duikt ene JD weer op in de publiciteit. Nu niet als verdachte van zedenmisdrijven, maar vanwege zijn benoeming tot hoogste ambtenaar op het ministerie van Justitie. Een slimme carrièrekeuze: als zwemleraar, in de kinderopvang of als hockeycoach zou hij waarschijnlijk niet aan de bak zijn gekomen. Immers: voorafgaand aan zijn benoeming moest de AIVD 'ongeveer 40 geruchten over zijn levenswandel’ onderzoeken.;
  • In 2003 publiceren Panorama en GayKrant stukken over een topambtenaar (hij heet Demmink) die zowel in Eindhoven (Anne Frankplantsoen) als in Praag (bar Pinocchio) minderjarige kinderen misbruikt, nota bene in zijn dienstauto met chauffeur. Minister Donner treedt daadkrachtig op, zij het niet zoals je zou verwachten. Hij dreigt alle media die 'de ambtenaar' nader identificeren 'voor de rechter te slepen' en meldt ook 'dat er nog geen spoor van rook is, laat staan vuur’;
  • Slachtoffer Frank L. doet op dat moment zelfs aangifte, wordt vervolgens thuis opgehaald door de recherche voor 'nader verhoor' en onder extreme druk gezet om zijn aangifte weer in te trekken. Hij doet dit, waar hij een dag later weer op terugkomt omdat zijn aangifte wel degelijk echt was. Het OM spreekt over een valse aangifte en ziet 'geen aanleiding voor verder onderzoek. Tja, zulke onbeschaamde verklaringen over zo’n nette man kun je natuurlijk niet serieus nemen.;
  • Panorama en Gay Krant geven de verdachte gelegenheid tot weerwoord. Hij gaat uiteindelijk niet akkoord met publicatie van dit interview, maar het NOS Journaal legt de hand op het uitgewerkte (alleen niet gepubliceerde) interview. Daarin geeft D. toe met de Nederlandse ambassadeur in Praag 'gay bars te hebben bezocht' en bekent een relatie 'met een jonge Tsjech die meespeelde in pornofilms'. Ook geeft Demmink in het gesprek toe 'dat hij op jonge mannen valt’;
  • Eind 2003 wordt bekend dat de hoofdredacteuren van GayKrant en Panorama niet meer over D. mogen praten of schrijven op straffe van een dwangsom van € 100.000. Dit op grond van een kort geding dat tegen de bladen is aangespannen door de deken van Weert die zich eveneens in het Anne Frank-plantsoen ophield. De deken won, maar de rechter in Den Bosch weigerde gemakshalve wel het bewijsmateriaal van de bladen in te zien. Ondanks de bekentenissen van D. in het (niet gepubliceerde) interview, komen GayKrant en Panorama toch met een soort rectificatie: hun bronnen zouden niet betrouwbaar zijn gebleken. Wie zou iets anders durven beweren, na deze intimiderende e-mail van een peperduur, door de Staat betaald advocatenkantoor;
  • Tegen Lex Runderkamp van het NOS Journaal zegt een van de hoofdredacteuren korte tijd later dat D. in het gesprek met hen op 19 oktober 2003 'drie Tsjechische jongens met naam en toenaam heeft genoemd' en 'niet kan uitsluiten dat hij ook met minderjarige jongens heeft geslapen, al is hij daar nooit bewust op uit geweest'. Demmink heeft volgens deze 'journaalbron' toegegeven niet altijd naar de leeftijd van 'zijn jongens' te hebben gevraagd. Op 5 november bericht het Journaal over de 'stap terug' van de beide bladen maar zegt erbij dat Demmink het kindermisbruik wel zelf heeft toegegeven. Weer volgt een daadkrachtig optreden van Staatswege: de advocaat van D. belt het Journaal die ’ferme juridische stappen' aankondigt. In plaats van de verdachte wordt weer de boodschapper aangepakt.;
  • In 2004 circuleert voor het eerst publiekelijk het bericht dat de chauffeur van D., Rob Mostert, 'plotseling is overleden' nadat hij zich bij zijn superieuren had beklaagd over de manier waarop Demmink de achterbank van zijn dienstauto inzette voor het landsbelang. Niemand is onsterfelijk, dus wat doe je eraan?;
  • In 2007 doet de Koerd Baybaşin aangifte tegen D. wegens "pedofilie, meermaals gepleegd sinds ten minste 1990 in Turkije en andere landen”, etc.. Aan deze aangifte ligt een geheim rapport ten grondslag, waaruit blijkt dat Nederland door Turkije wordt gechanteerd met de daden van D., om Baybaşin (desnoods met gemanipuleerd bewijs) achter de tralies te zetten en te houden. Aardig als hij is brengt D. nog een bezoek aan Baybaşin in de gevangenis, al was dat niet voor een kopje thee;
  • Inmiddels regent het in 2007 Kamervragen over de zaak D. Over de aangifte van Baybaşin, over seksfeesten in Turkije waar D. aanwezig zou zijn geweest, over het ongepaste bezoek van D. aan Baybaşin in de gevangenis, over seksdossiers die in de doofpot zijn beland, over een spreekverbod voor gedetineerden over de zaak D. en over MIVD-rapportages over diens omstreden seksuele activiteiten. Uiteraard is hier allemaal niets van waar. Minister Hirsch Ballin stelt de Kamer vaderlijk gerust;
  • NRC Handelsblad komt in juni 2008 met een uitgebreid 'portret' van Demmink die wordt omschreven als 'scherp, geestig, slim en teruggetrokken'. Met citaten van Thom de Graaf: "Ik ken Joris als een studentikoze man." en Hans Dijkstal: "Ik heb nooit iets negatiefs over het privéleven van Demmink gehoord." Daarmee is zijn onschuld eigenlijk wel onomstotelijk vastgesteld, want hoe kan zo’n geestige man een viespeuk zijn?;
  • In 2008 komt nieuw bewijsmateriaal boven water, dat in Turkije is verzameld, waaronder een verklaring op video van een Turks slachtoffer dat op minderjarige leeftijd door D. zegt te zijn misbruikt. En verder komt oud-rechter Wicher Wedzinga met het bericht dat oud-minister van Justitie Donner en de huidige minister Hirsch Ballin samen met Joris Demmink een SM-club hebben bezocht in Breda. Het verhaal wordt later bevestigd door de toenmalige club-eigenaar, maar zoiets kan niet waar zijn natuurlijk;
  • Het Turkse slachtoffer doet aangifte, waarmee het totaal aantal aangiften op 3 komt. Maar ja, de eerste bleek na flinke intimidatie van het slachtoffer opeens een valse aangifte, de tweede aangifte kwam van een crimineel (want Baybaşin zit levenslang in de bak, al staat zijn schuld dan niet vast) en deze derde… nou ja, een Turks straatschoffie kun je natuurlijk ook onmogelijk serieus nemen. Iedereen is wel bereid aangifte te doen tegen zo’n aardige, zeer kundige topambtenaar;
  • In 2009 komt NRC Handelsblad met een opvallend voorpagina-artikel over het extreme declaratie-gedrag van D. Maar ja, dat iemand dagelijks in chique restaurants dineert, voor een vermogen aan wijn declareert en daarbij in de helft van de gevallen geen bonnetjes kan overleggen wil nog niet zeggen dat hij een kindermisbruiker is. En bovendien is het maar belastinggeld dat hij er doorheen draait, dus waarom zou je iemand daarvoor berispen?;
  • Drs. J. Poot (Chipshol) presenteert het boek 'De Demmink Doofpot’. Daarin staan bijdragen van o.a. de Stichting Expertgroep Klokkenluiders en talloze bijlagen met belastende informatie. De strekking van het boek: er moet een parlementair onderzoek komen naar de veronderstelde pedofiele praktijken van D. Het boek wordt door Poot aangeboden aan alle leden van de Eerste en Tweede Kamer, maar hij krijgt nauwelijks reactie. Er is wél een fractie die alle boeken terugstuurt omdat parlementariërs geen geschenken mogen aannemen;
  • Twee Turkse mannen doen in 2011 (opnieuw) aangifte tegen D. wegens verkrachting en seksueel misbruik. Zij waren resp. 12 en 16 jaar toen ze in 1996 werden geronseld door de Turkse politie en naar een hotelkamer werden gebracht waar ze door D. zijn verkracht. Nadat op de eerdere aangifte niet eens een politieonderzoek werd gestart, zegt het OM nu een ‘oriënterend onderzoek’ toe. Het ministerie laat direct weten ‘geen enkele aanleiding’ te zien om D. te schorsen. Kom nou, we hebben het hier niet om een ordinaire hockeycoach, zwem- of judoleraar!
  • Begin 2012 maakt het OM bekend geen reden te zien voor een strafrechtelijk onderzoek na de aangifte van de twee jongens in Turkije, omdat de verklaring van één van hen onbetrouwbaar zou zijn. Eén was dat kennelijk niet, maar ja, je moet keuzes maken. Bovendien stelde D. in dat jaar helemaal niet in Turkije te zijn geweest, dus wie moet je dan geloven?;
  • Tijdens een hoorzitting van de Helsinki Commission in Washington komen in oktober 2012 o.a. advocate Adèle van der Plas, oud-rechercheur Klaas Langendoen en een slachtoffer van D. aan het woord. De schokkende verklaringen maken zulke diepe indruk bij de Nederlandse overheid dat al snel alle diplomatieke kanalen worden ingeschakeld om het rumoer de kop in te drukken;
  • Op 6 oktober 2012 brengt het AD een uitgebreide en onthullende publicatie in twee delen onder de titel ‘De topambtenaar, de Haagse pooier en zijn jongens’, waaruit blijkt dat D. in de jaren 80 al contacten onderhield met een criminele jongenspooier in Den Haag. Twee jaar lang zal het artikel hevige discussie opleveren, en op Staatskosten voert D. een procedure om rectificatie af te dwingen en een dikke som smartengeld te vorderen. Het oordeel van de rechter is echter dat het verhaal zorgvuldig tot stand gekomen is en voldoende geloofwaardig is onderbouwd. Ach zo erg was het ook weer niet, dus D. gaat maar niet in hoger beroep;
  • Eind 2012 moeten de Turkse slachtoffers die aangifte tegen D. hebben gedaan onderduiken na te zijn bedreigd. Ook een politieman die verklaard heeft de jongens aan D. te hebben moeten leveren en een Turkse journalist die over de zaak geschreven heeft, ontvangen bedreigingen. Zij en hun gezinnen zouden gevaar lopen als ze hun beweringen niet intrekken. Dit kán natuurlijk niet met de zaak te maken hebben, vermoedelijk hebben ze ruzie gehad over geld of een meisje;
  • Een voormalig gevangenisdirecteur verklaart in 2013 dat een persoonlijk assistente van D., tijdens een dienstreis voor topambtenaren vertelde dat zij voor D. afspraken moest regelen met minderjarige jongens. D. was toen nog directeur generaal buitenland op het Ministerie van Justitie. Maar als je alles wat op buitenlandse reisjes gebeurt zo serieus moet nemen is het eind natuurlijk zoek;
  • In juli 2013 komen Turkse kranten met de langverwachte 'smoking gun’: het bericht dat Demmink in 1996, ondanks zijn ontkenningen, op 20 juli 1996 Turkije is binnengereisd.” Dit blijkt uit het dossier waarin Demmink verdachte van verkrachting van minderjarigen is, maar dat is gesloten wegens ‘verjaring van de feiten’. Het OM gaat zich vervolgens uitgebreid zitten afvragen wat ze nu toch van dit document moet vinden, en doet er verder het zwijgen toe;
  • Eind 2013 wordt opnieuw een rechtszaak aangespannen tegen D., die nu vier zaken tegen zich aangespannen weet. Dit keer gaat het om een Nederlander die als minderjarige betaalde seks met D. zou hebben gehad. Het goede nieuws: D. had dus wel keurig netjes betaald;
  • In januari 2014 bepaalt het Gerechtshof in Arnhem dat het OM D. alsnog strafrechtelijk moet vervolgen. Het OM vond dat zelf helemaal niet nodig, en begint dus met lange tanden aan een onderzoek en neemt daar uitgebreid de tijd voor (een jaar, dat inmiddels al ruim is overschreden). Zo kan D. tenminste nog rustig zijn sporen wissen, wat natuurlijk zijn goed recht is;
  • Tijdens een reeks voorlopige getuigenverhoren op verzoek van Stichting De Roestige Spijker, een stichting voor onderzoeksjournalistiek die het AD steunt in de door D. aangespannen procedure, gaat de beerput wagenwijd open. Onder meer verklaart een man onder ede dat hij in 1988 als minderjarige door D. werd misbruikt in de dienstauto, midden in Amsterdam. Oud-politiemensen verklaren dat D. wel degelijk genoemd werd in het Rolodex-onderzoek, en oud-gevangenisdirecteuren herhalen nog eens hun lezing over de dame die jongetjes voor D. moest regelen. Minister Opstelten nam het ondanks alles blind voor zijn oude studievrind op: “Het was niks, het is niks en het wordt ook nooit wat”. Nee, dan zijn partijgenoot Ard van der Steur, toen nog Kamerlid en tegenwoordig zélf minister. Dié was kritisch: “Strikt genomen kun je het hebben van seks op de achterbank van een dienstauto je chauffeur niet aandoen, maar het hoeft niet strafbaar te zijn als de jongens meerderjarig waren.” Pardon?
  • Eind 2014 legt weer een getuige een verklaring af over D. Dit keer is het een Nederlandse zakenman die in 1995 in Praag in "een besloten club met uitsluitend genodigden" zegt te hebben gezien hoe D. ontucht pleegde met twee "erg jonge jongens" van naar schatting 15 en 16 jaar. Ironisch genoeg beklaagt D. zich twee dagen later in zijn rechtszaak tegen het AD over de reputatieschade die hij heeft opgelopen door het artikel over de jongenspooier. Hoeveel reputatie houd je op een gegeven moment nog over, zou je zeggen?;
  • Als de rechter de claim van D. verwerpt en uitspreekt dat het AD gewoon keurig journalistiek werk heeft geleverd, ontstaan er voorzichtig weer wat Kamervragen. Maar tussentijds valt minister Opstelten over de zaak Cees H., zodat hij over de kwestie D. niet meer hoeft te vallen. Er komt een nieuwe minister, Ard van der Steur, die in het verleden nog wel kritische vragen stelde over de zaak (tot hij seks op de achterbank tot een juridisch vraagstuk terugbracht), maar inmiddels de traditie van flutantwoorden op kritische Kamervragen lijkt te hebben overgenomen. De waarheid? Die willen gewoon niet weten.

Het is maar een ‘lijstje’ van aanwijzingen/bewijzen in de zaak D.: de D van Demmink. Waaruit blijkt dat het ineens anders is als de verdachte zelf toevallig aan de top van die Nederlandse rechtsstaat verkeert: zoals Joris Demmink 10 jaar lang de allerhoogste man op Justitie was, en daarvóór ook al vele jaren in de hoogste kringen vertoefde. Een lange reeks beschuldigingen over seksueel misbruik van minderjarigen, in de meest decadente omstandigheden en in gezelschap van andere hoogwaardigheidsbekleders, kreeg jarenlang maar geen vat op deze man. Hij werd door toenmalig minister Donner (nu vice-president van de Raad van State, onderkoning van Nederland) tegen beter weten in benoemd op zijn laatste hoge functie, waar hij feitelijk eindverantwoordelijk was voor onderzoeken naar zijn eigen handel en wandel. Hij werd rücksichtslos gesteund door zijn achtereenvolgende ministers (na Donner ook Hirsch-Ballin en Opstelten) die van geen bewijs wilden weten: Joris was onkreukbaar, onschuldig en onaantastbaar. Er is geen spoor van bewijs, geen rook laat staan vuur. Hij werd nooit van zijn bed gelicht, bleef gewoon in (top)functie en werd onvoorwaardelijk verdedigd terwijl er alles aan werd gedaan om te voorkomen dat er bewijs tegen hem boven water kwam. Demmink heeft duidelijk de juiste carrière gekozen om zich te kunnen veroorloven waar niemand anders mee weg zou komen. De door hemzelf, nog voor zijn vertrek, benoemde top van het OM staat garant voor de uitslag van het lopende strafrechtelijk onderzoek: D. is zo onschuldig als een ongeboren kind!

‹‹ Naar het overzicht

Reageer


 

Laatste reacties

Volg de Demminkdoofpot via RSS

De laatste Demmink tweets